Het Noordhollandsch Kanaal, voltooid in 1824, bracht aanvankelijk weinig voorspoed naar Alkmaar. De waterweg was primair ontworpen om Amsterdam te verbinden met de Noordzee, en Alkmaar lag enigszins buiten de hoofdvaarroute. Echter, in de loop van de 20e eeuw begon het kanaal een steeds belangrijkere rol te spelen in de economische ontwikkeling van Alkmaar. Toen de industriële revolutie in Nederland op gang kwam, werd het kanaal gebruikt om grondstoffen en afgewerkte goederen te vervoeren. Alkmaar ontwikkelde zich tot een belangrijk knooppunt voor de scheepvaart en de handel. De aanleg van het Noordzeekanaal in 1876 verbeterde de verbinding van Alkmaar met Amsterdam en de Noordzee verder. Dit leidde tot een toename van het scheepvaartverkeer en de industrie in de stad. In de 20e eeuw werd het kanaal ook een populaire bestemming voor recreatie. De oevers van het kanaal werden ontwikkeld tot parken en wandelpaden, en er werden plezierboten en kano’s te huur aangeboden. Als gevolg van deze factoren bracht het Noordhollandsch Kanaal in de 20e eeuw aanzienlijke voorspoed naar Alkmaar. Het maakte de stad tot een belangrijk centrum voor handel, industrie en recreatie, en droeg bij aan de economische groei en welvaart van de regio.De Vaart der Volkeren
De Vaart der Volkeren In Alkmaars oude haven werd een aanlegsteiger geconstrueerd om grote zeeschepen te accommoderen. Want, zoals Harry de Raad opmerkt, “Alkmaar moest opgestoten worden in de vaart der volkeren en een belangrijke ‘negotiestad’ worden.” Dit vereiste een enorme graafproject bij de Bierkade, waar het water tot 5,6 meter moest worden uitgediept. Deze zware arbeid werd met de hand verricht door duizenden polderwerkers. Hoewel de hoge verwachtingen van de stad op korte termijn niet werden waargemaakt, stimuleerde het kanaal de industriële ontwikkeling. In de tweede helft van de 19e eeuw vestigden zich meerdere fabrieken in Alkmaar, waaronder de beroemde cacao- en chocoladefabriek van Ringers. Deze fabriek, die tot op de dag van vandaag een bekend gezicht is in de stad, produceerde geen chocolade meer en het complex is omgebouwd tot woningen. Toch heeft de aanleg van het Noordhollandsch Kanaal blijvende gevolgen gehad voor het uiterlijk van Alkmaar.
Het Noordhollandsch Kanaal loopt vanaf de haven van Amsterdam en eindigt bij de Zaan. Het is 75 km lang en werd gegraven tussen 1819 en 1824. Het was bedoeld om de veenontginningen in Noord-Holland op een eenvoudige manier af te kunnen voeren. Het kanaal is nooit echt een succes geworden voor de turfhandel. Dat kwam door de concurrentie van goedkoop steenkool uit Engeland. Voor de stad Alkmaar is het Noordhollands Kanaal wel degelijk van economische betekenis geweest. Door het kanaal kreeg Alkmaar een directe verbinding met de haven van Amsterdam. Dit zorgde voor een toename van de handel en nijverheid in de stad. In de 20e eeuw werd Alkmaar een belangrijk centrum voor de zuivelindustrie. Het kanaal werd gebruikt voor het transport van melk en andere zuivelproducten naar de hoofdstad. Ook nu nog is het Noordhollandsch Kanaal van belang voor Alkmaar. Het is een belangrijke vaarweg voor de pleziervaart en er zijn diverse bedrijven gevestigd langs het kanaal. Het kanaal draagt dus nog steeds bij aan de welvaart van de stad.
